18. Sonate für Violine (1980) | Vanuit Locarno (zie boven bij 17) schreef Niël aan zijn vriend Hub Lemmens op
5 november 1980; ‘Morgen zal ik een (bijzondere) viool-sonate afkrijgen! Daarna
hoop ik nog (geheel of gedeeltelijk) 'n alt-sonate te maken.’ Soeters herinnert
zich dat Niël de Hongaarse violiste Györgyi Bacsy uitvoerig heeft geïnstrueerd
bij de voorbereiding van de uitvoering. Daarbij ging hij vooral in op het belang van het
motief (zie 9) bij de interpretatie van deze muziek.
Aan het eind van de zeventiger jaren leidde een initiatief van het Conservatorium van Maastricht tot een reeks van concerten met moderne kamermuziek onder de titel: ‘Matty Niël, componist en leraar’. In die serie ging – naast muziek van componisten die bij hem hadden gestudeerd – Niëls solosonate voor viool in première, gespeeld door genoemde violiste. In die concertreeks klonk ook zijn Variaties voor cello, klarinet en piano, de balletmuziek waar Jos Kamp om had gevraagd.
|